Hoofdstuk 11
KEER OMME
Grote Moeder Hymne

 

Inhoud

1. VOORWOORD

2. INTRODUCTIE

3. MIJN JEUGD
Het begin
De school
Arts voor natuurgenees-

kunde

4. AAN GENE ZIJDE
De Grote Ervaringen/Tien jaar
ononderbroken gelukzaligheid
Profetie
Een droom
GraalsVisioen
De Drieëenheid
Appendix
Mijn innerlijke vrouw
Vrijend vrij...Tantra
De Meester
OPENBARING VAN
DE GROTE MOEDER
HET ABSOLUTE NIETS
HET GROTE LICHT
HET GROTE STERVEN/
DE ONDERWERELD
Commentaar
Voortzetting
De Ultieme Sutra
Voortzetting
Amsterdam, augustus 1980
Dansen
Kundalini
Stille kracht
Volgende
Niets Is/De Cyclus voltooid

5. DE ULTIEME SOETRA

6. DONKERE NACHT VAN
DE ZIEL

Persoonlijke integratie: Vijftien jaar vallen en opstaan
Verlatenheid
Zelfbetrokkenheid
Afgunst/Jaloerse monologen
De Tegenstrever
Loutering
Identiteit
Kennemerduinen 1990
Japan en HongKong
MeiMei
Ontsnapt uit de hel van
de toekomst
Brazilië
Laatste beproeving

7. DE HEILIGE VALLEI
("Dalrede")
De Afdaling
De Diepte
De Terugkeer

8. MIJN LEVENSMYTHE
Terugkijkend
Mededogen
Vernieuwing
Schoonheid

9. HEALING THE PLANET
Te Beginnen bij jezelf
Weeklacht
De Universele Weg
Soeverein Leven
De 7 Stappen

10. DE GROTE MOEDER
(Her)ontdekking
Teresa van Avila
Een Wonder/PilgrimCare
Erkentelijkheid

11. KEER OMME
Grote Moeder Hymne

12. EPILOOG
Ter beschikking staan
"Evaluatie"

Het Groene Gras

OVER DIT BOEK

 

In deze meest kritieke tijd heeft de Grote Moeder Zich aan de wereld geopenbaard. Zij deed dit middels Haar onwaardige dienstknecht Han Marie, zonder enig toedoen van zijn kant op onnaspeurbare wijze Haar dienaar en gezondene, hoeder van de Graal. Dit is het loflied op het bestaan door Han Marie, die na lang dralen gevolg moet geven aan de Moeder's opdracht Haar universele boodschap te verspreiden onder de mensheid, tot meerdere eer en glorie van Haar, uit Wie alles, zonder uitzondering geboren wordt. Moge dit loflied, klaaglied, liefdeslied de poort zijn tot ommekeer, eenheid in verscheidenheid en verzoening van alle mensen, ja, herstel van de heelheid van het hele bestaan.

Wat een zeldzaamheid tegenwoordig iemand te vinden, die niet meedoet met het allesoverheersende verslavingspatroon. Hulde! Hij* is als een vuurtoren op een aardedonker eiland. Toch vind je deze Hoffnungsträger meer en meer. Deze mensen sturen hun licht onvermoeibaar in alle richtingen. Wie wil er echter op hun kompas varen? Wie laat zich door hen leiden? De een na de ander lijdt schipbreuk en verdrinkt jammerlijk in de golven. Hun "schatten" liggen op de bodem van de zee weg te rotten. Zij hebben voor niemand iets betekend, ja zelfs voor zichzelf waren zij een bron van ongeluk. De lichtbakens daarentegen zijn een Vreugde voor zichzelf en anderen. De Grote Moeder kijkt met welgevallen naar hen.

* Voor hij kan zij worden gelezen en andersom.

Valse koningen hebben zich van de macht meester gemaakt. Zij hebben de aarde in een tranendal veranderd. Niets ontziend plunderen zij haar lichaam, schoonheid en vruchten. Overal waar zij komen, laten zij een spoor van verderf en vernietiging achter. Hun zelfzucht kent geen grenzen. Hun grijpgrage handen graaien de hele aarde leeg. Een aantal van hen gaat er prat op "godsmens" te zijn. Anderen denken, dat zij superieur zijn aan de "rest". Is dit niet hemelschreiend? De Wet van het Universum wordt met voeten getreden. Hun ophopingen hebben de kritische grens echter overschreden. De Leegte tolereert ze niet meer. Moeder's toorn komt in alle hevigheid op ons af. Zalig zijn zij, die Haar Wet gehoorzamen. Want zij zullen worden gered.

Ach, wanneer ik in mijn eigen ziel kijk, dan zie ik daar alles wat ik ook om mij heen zie. Als ik eerlijk ben, dan is niets mij vreemd. Ga ook ik mee in de stroom van de algehele malaise. Hoe heeft niet gemakzucht van mij bezit genomen? Dat het zover heeft kunnen komen. Het is pijnlijk om te moeten erkennen, dat ik mijzelf in een moeras heb gewerkt. Terwijl ik "keurig" functioneer, is mijn onrust niet uit mij geweken. Soms lijkt het of al het "werken aan mijzelf" totaal nutteloos is. Dingen die ik dacht "verwerkt" te hebben, duiken plotseling weer op. Ik moet erkennen, dat ik de volmaaktheid bij lange na nog niet heb bereikt. Hoe lang houd ik dit nog vol? Ik kan mij niet aan mijn eigen haren optrekken. Mijn hand uitstrekken naar U....het is nog zo onwennig. Hoelang geeft U mij nog, Moeder?

Niets is mijn klacht vergeleken met het leed der vertrapten. Degenen die dagelijks honger oogsten, die geteisterd worden door rampen, die moeten leven met ziekte en gebrek, die opgejaagd worden als dieren, vernederd, veracht, gemarteld en vermoord, alles in naam van de onvermijdbaarheid. Ik weet mij deel van de oorzaak, van bewuste genocide. Maar voel ik het ook? Hoe vaak wend ik mij niet af? Het word ons werkelijk gemakkelijk gemaakt. Iedereen slaapwandelt immers, iedereen lijdt aan collectieve vergetelheid. Dat onze "normaliteit" in feite een ziekelijke verslaving is - waarbij wij ons verrijken ten koste van de armen - dringt daarom zelden tot ons door. Alleen als ik dicht bij mijZelf ben, wordt het weer helder. Flarden van besef maken mij met schrik wakker. O, mijn god, wat moet ik met mijn leven?

Hoe helpt het in deze nood mij af te stemmen op Uw Werkelijkheid. U, de Kosmische Baarmoeder die alles zonder uitzondering omarmt. Vrede en vreugde komen dan over mij. Mijn geest is deel van Uw Lichtlichaam, terwijl mijn lichaam deel van Uw levensweb is. Dit besef geeft mij kracht, mijn voeten voelen vaste bodem. Ik heb mijn plaats in het universum teruggevonden. U bent de toevlucht voor ons allen, niemand uitgezonderd. Zowel de mensen, de dieren, de bomen, de planten, het gras, de rivieren, de rotsen en de wolken: allen vinden zij in U hun Thuis. Hoe klaaglijk was mijn bestaan zoëven nog; hoe onwerkelijk lijkt dat nu. Was ik afgescheiden, op mijzelf teruggeworpen en ellendig, in U ben ik verbonden met al en iedereen.

Als ik dan door de natuur loop en met elke stap Uw pracht zich meer onthult, dan kan ik niet anders, dan dankend mijn handen bij elkaar brengen. Hoe dierbaar zijn mij de bomen, de bloemen in het gras, het ruisen der bladeren en de warme stralen van de zon. Help mij openstaan voor Uw genade! Voortdurend nodigt U mij uit te ontvangen. Mij te laten delen in Uw overvloed is Uw lust en Uw leven. Niets uitgezonderd. Uit U wordt de Waarheid, de Weg en het Leven geboren. Rusteloos zoek ik de bescherming van Uw Geborgenheid. Geef ik mij aan U over, dan schenkt U mij Uw goddelijk Licht. Voorgoed verlang ik ernaar mijn eigenwillig leven op te geven. Mij weer invoegen in Uw levensweb dat is het Ware Leven. Geprezen zij U in alle Eeuwigheid. Amargi!*

* Groet uit het oude Soemerië 2300 jaar BCE. Het betekent "Vrijheid" of "Terugkeer in de Moeder".

Ik voel de drang mij uit te spreken. U die Zich in mij herinnerd weet, voert mij op Uw vleugels terug naar de Bron. Overal fluistert het: ga toch, doe het, wees niet bang. Hoe liefdevol, dat U mij in Uw Leegte trekt. U die angst omzet in vertrouwen. Blindelings en met de ogen open, besef ik Uw ontzagwekkende Afgrond. Jezelf niet vooruitlopen, je te laten uitnodigen, dat is de koninklijke Weg. Met elke stap schenkt Zij mij een nieuwe kostbaarheid. Ingaan in het Dal voert mij voortdurend naar nieuwe hoogten. Hoe subtiel is het besef, dat zich in mij gevestigd heeft. Totdat Zij mijn bewustzijn oprekt naar Haar Maat: U die Uw gewillige dienaar beloont met de ultieme Verwerkelijking. Vreugde, tranen!

Uw terugkeer in de geschiedenis der mensheid is de grootste Zegening aller tijden. De continuiteit van het Eeuwig-Vrouwelijke is daarmee hersteld. Ik kan het nog steeds niet vatten, dat U mij als Uw voertuig uitverkoos. Zonder dat ik er het ook maar in het geringste op aangelegd had, stuurde U mij een afgezant die mij voorlichtte over mijn toekomstige taak. Ik wimpelde het weg. Totdat een aantal jaren daarna Uw Boodschap - het Graalsvisioen - uit heldere hemel nederdaalde. Hoewel het mij ten diepste aangreep, was ik niet in staat het aux serieux te nemen. Noch bekommerde ik mij erg om de inhoud. Totdat U Zich - plotseling en geheel onverwacht - Zelf openbaarde in de Drievoudige Verwerkelijking. Hier had ik niet van terug. In één klap "zette U mijn leven op zijn kop".

Sindsdien weet ik: een ieder die zich overgeeft, zal door Haar gered worden. Zijn wij niet de oorzaak van onze eigen ellende? Tenslotte zijn wij het zelf, die ons van Haar hebben afgekeerd. Het is de eigen keuze die Zij ons gegeven heeft. Hoe liefdevol laat zij ons in onze eigen sop gaarkoken. Immers, als geen ander weet Zij, dat alleen lijden aan onszelf ons tot Haar doet terugkeren. Wat dat betreft heeft Zij nog wel het een en ander in petto voor ons. Hebben wij het niet grondig verpest tegenwoordig? Denkend dat "hebben, hebben en nog meer hebben" ons het eeuwige geluk zal brengen. Wat een domheid, hoe achterlijk ook. En dan menen wij nog wel de kroon van de schepping te zijn! Echt, ik heb het niet meer.

De mieren, de vlinders, de bijen, de mossen, de paddestoelen, de dolfijnen, de apen en de rendieren: zij vertegenwoordigen het intelligente leven. Zij weten, dat optimaal leven slechts mogelijk is als je je invoegt in het raamwerk van het bestaan. Hoe kun je leven als je er geen deel van uitmaakt? Het leven dat naar ons schreeuwt om heelheid. Werp daarom alles wat je belemmert van je af. Bevrijd je uit de cocon van zelfzucht, onverschilligheid en onmacht. Wordt waarlijk vrij. Kijk vervolgens om je heen: direct, zonder dat er nog iets tussen zit. Adem de frisse lucht diep in en uit. Een juichkreet komt in je op: ik Ben er weer, ik zie Het weer, ik voel alles weer. Alles is mij even dierbaar. En: ik ben er voor jou, en voor jou en voor jou....

Vallen en opstaan tekent de Weg. Niemand ontkomt eraan. Wees er blij om! Want met elke "terugval" laat de Moeder je verlangen naar Haar toenemen. Hoe oppervlakkig is daarentegen het leven van hen, bij wie alles voor de wind gaat. Er is geen enkele reden jaloers op hen te zijn. Laat je niet verleiden tot beloften van eeuwigdurend geluk. Volg geen valse profeten. Het leven speelt zich af in het Hier en Nu. Precies zoals het zich voordoet. Niets meer en niets minder. Wees bewust, sta er voortdurend voor open. Kijk en voel. Hoe dieper je pijn, je woede en je angst komt, des te dieper de lagen die aangesproken worden. Daarom voert de Moeder voortdurend de dosis op. Laat je openwrikken. Pijn is het "breekijzer" naar verdere bewustwording.

Treur ook niet over je "gebrek aan vooruitgang". Er hoeven geen stappen van A naar B gemaakt te worden. Je geluk ligt niet in de toekomst. Datgene wat je zoekt is van alle eeuwigheid aanwezig. Het is je eigen diepste Wezen. Als Het er ononderbroken Is, hoef je je er dus alleen maar voor open te stellen. Hoef je alleen maar te fluisteren: Moeder, hier ben ik, neem mij op in Uw Zaligheid. Ontfermt U over mij. En dit niet een keer. O, nee. Dit gaat eindeloos zo door. De Moeder weet van onze halfslachtigheid, onverschilligheid en gemakzucht. Zij kent je, voordat jij jezelf kende. Niet voor niets is Zij de ultieme Heelmeesteres, de Bron van voortdurende regeneratie. Stem jezelf dus voortdurend op Haar af - door gebed, "herinnering", overgave en meditatie - en Zij schenkt je alles wat je nodig hebt..

Een zekere strengheid is Haar niet vreemd. Wees eerlijk: wordt Zij er niet toe gedwongen? Dit is echter maar één aspect. De Moeder omarmt het hele leven, zonder uitzondering. Er is niets dat door Haar afgewezen wordt. Behaag Haar dus door optimaal te leven en te genieten. Begin met het omarmen van je eigen lichaam: voel, beweeg, dans, heb lief, wees lustvol, vier het. Carnaval was (is) niet voor niets het feest ter ere van de Moeder! Ja maar, zul je zeggen...al die mensen, die zich onbewust te buitengaan, is dat allemaal welgevallen aan de Moeder? Inderdaad. Al die mensen vieren het leven op hun niveau. De onwetenden treft namelijk geen schuld. Heb je daarentegen ooit een glimp van bewustzijn ontvangen, dan ben je er vanaf dat moment aan verplicht. Door in zo'n situatie terug te vallen, neem je dus wel degelijk schuld op je.

Dat is de functie van het "geweten". Weet je eenmaal, dan is er geen weg terug. De belofte van verder opengaan is tegelijkertijd de verplichting er aan. Je wordt gedwongen je voortdurend op te trekken aan het beste in je. De "innerlijke tiran" noemde Nietzsche dat. Bewust leven is voortdurend bruggen bouwen naar het Onbekende. Het is het rusteloze verlangen naar de Bron. Momenten van vrede, helderheid, inzicht en verbondenheid worden echter steeds opnieuw afgewisseld door perioden, dat je je "op jezelf teruggeworpen voelt". Weet onder alle omstandigheden, dat je in goede handen bent. Zij "houd je altijd een hand boven het hoofd". Hoe moedeloos je soms ook bent, besef dat je wordt geleid door Moeder's eeuwige wijsheid.

Iemand die dit uitstekend begrepen had was Teresa van Avila. Als zij in een crisis zat, vroeg ze: "alstublieft, Heer geef mij er meer van". Wat een ongelooflijk inzicht spreekt daaruit. Ze besefte, dat pas wanneer de pijn je ten diepste verscheurt, het verlangen naar heelwording wordt gewekt. Lijden is niet het probleem. Het is onze lauwheid, die de meeste schade berokkent. Het voortdurend tussen wal en schip zitten, dat is wat ons beklemt. In de kooi van onze eigen creaties opgesloten zitten, dat werkt pas verstikkend. De wijdsheid van de Baarmoeder wijst ons daarentegen de weg naar de vrijheid. Ons oude ik opgeven - "sterven" - om als nieuw Zelf te worden wedergeboren. Is dat niet waar we ten diepste naar verlangen?

Hoe komt de Moeder ons niet tegemoet? Zij begrijpt onze wanhopige situatie als geen ander. Het is de reden voor Haar Moederlijke interventie. Vandaar dat Zij aanving met ons een houvast te geven. Dat is de betekenis van het Graalsvisioen. Het begon met het St.Janskruid als het symbool van Verlichting. Hierin houdt de Moeder ons voor, dat onze hoofdopgave het Ontwaken is. Onze verslaving opgeven, de stap zetten van onwetendheid naar bevrijding. Dit werd gevolgd door de Joodse Menorrha - de zevenarmige kandelaar - hetgeen wil zeggen, dat wij vervolgens dienen te werken aan de integratie cq herstructurering van ons leven, het transformeren van onze persoonlijkheid om zo een volledig mens te worden. Hetgeen zijn bekroning vond (vindt) in de Graalskelk met zijn onuitputtelijke stroom bloed: onszelf voortdurend uitschenken en wegschenken als de uiteindelijke vervulling.

Die wijdsheid waarin wij alle geborgenheid vinden, is die niet indrukwekkend? We beginnen er iets van te voelen, als wij 's avonds naar het heelal opkijken. Je voelt je er tegelijkertijd verloren en geborgen in. Nu daagt ons de ware aard van het Niets. Schrok het ons eerst af, nu zien we hoe Het alles omarmt. Ben je Niets, ben je alles! Dit beseffende is het ook niet helemaal vreemd meer, wanneer ik zeg, dat "niet God de wereld uit het niets schiep", maar dat "het Niets voortdurend geboorte geeft aan zowel het Goddelijke als het universum". God is niet de "Vader", maar de Zoon. Zo was het in oeroude tijden, voordat het patriarchaat de macht overnam. Het komt overeen met bevindingen uit de nieuwe fysika, waarin de oerenergie voortkomt uit het kosmische Vacuum. Terwijl het evenzeer vaststaat dat het "licht uit de duisternis" komt.

Dit confronteert ons met ons meest fundamentele probleem: onze angst voor het Niets. Is het niet zo, dat we ons ik hebben moeten veroveren tegen de achtergrond van het gevaar terug te vallen in de duisternis van de baarmoeder? Het is de motor achter de obsessie van de "vooruitgang". Zelfs stilstand wordt als "achteruitgang" ervaren. Angst voor het niets is de energie achter "groei", "vooruitgang", "expansie" op alle niveau's. Met al de consequenties voor het individuele en collectieve leven. Dit mechanisme - een kankergezwel: de verstrengeling van wetenschap, technologie en economie - heeft ons bestaan totaal in zijn greep. Het schreeuwt om herkend, ontmaskerd, blootgelegd en geintegreerd te worden. Zodat de desastreuze gevolgen voor mens en aarde kunnen worden teruggedraaid.

Dat wat ons het meest bedreigt, blijkt onze grootste redding te zijn. Op het eerste gezicht is deze tijd er een van verval en desintegratie. Nader beschouwd kan dit ook geinterpreteerd worden als de beweging van de periferie terug naar het centrum. Na de expansie - wanneer de rek uit het systeem is geraakt - slaat de ontwikkeling om in involutie. Zonder spiritueel inzicht is dit allemaal nogal zinloos. Niemand vindt het leuk de "terugtocht" te moeten aanvaarden. Met de Grote Moeder als Uiteindelijke Werkelijkheid verandert dit alles echter op slag. Inzicht in de ware aard van het kosmische Vacuum kan hier meer duidelijkheid brengen. Alles keert immers ononderbroken in Haar terug, terwijl het tegelijkertijd uit Haar geboren wordt. Sterven en opnieuw geboren worden blijken twee kanten van dezelfde medaille te zijn.

De Moeder als toevlucht voor onze existentiële angst. Wie had dat ooit kunnen denken? Daagt het in je, dat als je je aan Haar overgeeft, je diepste hindernis naar een gelukkig en vreugdevol leven is opgelost? Die onverklaarbare innerlijke spanning; je verslaving om toch vooral iemand te moeten zijn; de flitsen van onbestemde angst en het onvermogen om het leven ten volle te leven, zij hebben er alle mee te maken. Jezelf teruggeven aan de Moeder herstelt je oervertrouwen in het bestaan. Zij geeft je een herkansing, een die je biologische moeder je nooit heeft kunnen geven. Het fundament in je leven terug te krijgen is welhaast het grootste geschenk, dat je kunt ontvangen. Alle reden om je niet meer van je doel te laten afbrengen. De zin van het bestaan wordt leven naar, in en vanuit je Hemelse Moeder.

Zij laat je alle triomfen smaken, die er in dit leven te behalen zijn. Door je in Haar te verliezen, word je voortdurend opnieuw geboren. Verwonderd kijk je naar jezelf en om je heen. Alles is voortdurend nieuw, alles de eerste stap. Voor Haar is een ieder zonder uitzondering Haar "eniggeboren" Zoon of  Dochter. Zij schenkt jou het kostbaarste wat Zij bezit: Haar Lichtlichaam. In plaats van hier verdoemd te zijn, veroordeeld tot een bestaan van underdogs, laat Zij jou je goddelijke Natuur verwerkelijken. Jij bent koning(in) in Haar Naam. Beseffend welke genade er voortdurend voor je klaarligt, word je diep in je Hart geraakt. Spontaan welt een gebed in je op: O, Grote Moeder, in alle eeuwigheid geboorte gevend aan al-wat-is, ontferm U over mij. Verlicht mijn geest, laat Uw liefde in mijn Hart overlopen en geef mij kracht om Uw werk te doen, ten bate van iedereen en alles. Alleluia!*

* "Alleluia" is ouder dan het Christendom. Het stamt vermoedelijk uit de tijd van de Grote Moeder. We gebruiken het daarom ter lofprijzing.

Even valt bij mij alles stil. De slinger beweegt zich spontaan naar een moment van bezinning. Plotseling krijg ik een besef van de wereld om mij heen. Ik voel mij kwetsbaar. Is er geen hemelsgroot verschil tussen mijn werkelijkheid en de wereld buiten? In het leven van alledag, zo lijkt het, hebben mijn overwegingen geen plaats. Daar heerst niet de Moeder, maar de wet van de jungle. Ik klaag dus aan. Hoe godvergeten eenzaam je je tussen mensen kunt voelen. Zelfs vriendschappen bestaan slechts zolang, als dat er voordeel uit te halen valt. De Moeder verwijt ik niets. Het is naief enerzijds "onafhankelijk" te willen zijn om vervolgens het Uiteindelijke verantwoordelijk te stellen voor je ongeluk. Nee, ik richt mij uitsluitend tot de mensen. Dat jullie slechts objecten voor elkaar zijn; het "ieder voor zich" en zelfs geen "God meer voor ons allen", is dat niet het treurige dieptepunt in je bestaan?

De "goddelozen" hebben het voor het zeggen. Waar blijft de gerechtigheid in deze wereld? Moeten we eerst door een vreselijke beproeving gaan, voordat we werkelijk zullen leren? Het lijkt er wel op. Laten de verlichten opstaan en met één tong spreken, dwars door alle verschillen heen. Zo niet, dan kan alleen de Moedernog uitkomst bieden: sterven in Haar Leegte om opnieuw geboren te worden. Kijkend naar mijzelf: wat aarzel ik toch? Waar blijft de moed om op de voorgrond te treden? Heeft het virus van het cynisme ook mij geinfecteerd? Zal ik ook wel mijn tijd uitzitten? Het is denk ik net als bij vele anderen: het water is simpelweg nog niet hoog genoeg gestegen. Zolang je het nog zelf kunt redden, heb je geen boodschap aan de ander. O, Moeder wat een ellende! Hoe moet dit nu verdergaan?

De Grote Moeder Zelf is de Uitkomst, de Vervulling en de Redding. Zij die Zich in Haar Vol-Ledigheid aan mij heeft geopenbaard. Ik loof en prijs Haar tot in alle Eeuwigheid. Haar Essentie is het Vacuum, de kosmische Baarmoeder, de Bodemloosheid waaruit alles zonder uitzondering wordt geboren, terwijl alles tegelijkertijd in Haar terugkeert. Nadat Zij mijn bestaan in een fractie van een seconde had uitgewist, werd ik opgenomen in Haar goddelijk Lichtlichaam. Om vervolgens overgeleverd te worden aan de verschrikking van het Grote Sterven. Dit wordt de Wet van het Universum genoemd: de dynamisch-kosmische balans tussen schepping, bestendigheid en vernietiging. Haar Geheim was (is) Werkelijkheid geworden. Het is het begin van een Nieuw Tijdperk - het Tijdperk van de Moeder - waarin wij uitgenodigd worden terug te keren naar onze Oorsprong. 

Hoe groot is de vreugde om in Moeder's geborgenheid te leven! Zij heeft Zich niet voor niets geopenbaard. In een tijd waarin alles losgeslagen is geeft Zij ons houvast. In de verwarring heeft Zij structuur aangebracht. Haar Wet van het Universum is een geschenk uit de hemel. Eindelijk hebben de mensen weer een richtsnoer, een kader waarin zij zich kunnen invoegen. Leef je in je verslavingssysteem of volgens de Wet van de Moeder, dat is de vraag hier. Allereerst is er het pijnlijke besef van vervreemding. Hoe intenser je daaraan lijdt, des te dieper het verlangen naar heelwording. Je niet in slaap laten sussen door compromissen, daar gaat het om. Het vuur in jezelf aan laten wakkeren. Zodat je op een dag je ketenen verbreekt en bewust wordt.

De Moeder verheugt Zich met jou. Ben je eenmaal ontwaakt - iets waarvoor je zelf verantwoording draagt - dan schenkt Zij je vervolgens meer. Toch niet te geloven, dat het enige dat jou weerhoudt bovenmate rijk te worden je eigen onvermogen om te ontvangen is. Je bent arm, omdat je de rijkdom niet aankunt. Je geeft er de voorkeur aan in je misère rond te blijven draaien. Je eigen ellende, dat is tenminste bekend terrein. En: hoe zijn we niet gemanipuleerd al die eeuwen? Ten diepste jeZelf-zijn - het realiseren van de goddelijke Vonk in je - werd beschouwd als godslastering. Wij zijn de spiritueel geamputeerden, de onwetenden, de barbaren van de wereld, wij die vervolgens anderen het licht in de ogen misgunden. Zo werden de slaven slavendrijvers. Hoe wreed dat de geschiedenis is. Vandaar het verlangen naar een nieuw begin.

Kunnen wij ons nog onwetend opstellen? De Moeder smeken om leiding en goede raad? Erken je dat je eigenlijk onwetend bent? O, hoe vreugdevol is het niet te hoeven weten. Jezelf toestaan leeg, ontvangend en verwonderd te zijn. Wat een ballast, spanning en onrust valt er niet van je af. "Zeg het mij, want ik weet het niet". De dwang voortdurend te moeten produceren, maakt ons dol. Haak af, doe niet langer mee met de rat race. De tijd is aan je zijde. We hebben ons hoogtepunt gehad. Keer omme. Geef gevolg aan de wens van de Moeder om je terug naar Huis te halen. Teresa van Avila nam geen blad voor de mond. "Veracht de mensen" zei ze. En dat voor een katholieke non. Maar ze had gelijk. Je moet je ontworstelen aan al die bindingen die je gevangen houden in het web van eigenbelang, lafheid en gemakzucht; aan alle relaties die niet op liefde zijn gebaseerd. Dit om een nieuwe geboorte voor te bereiden.

Die scheiding der geesten is tijdelijk. De Moeder heeft een voorhoede nodig, een groep mensen die het voortouw neemt. In feite omarmt Zij iedereen zonder uitzondering. Iemand die onwetend is, zal echter eerst het pad van confrontatie moeten bewandelen, alvorens de ogen opengaan. Een ander mag geen tijd meer verloren laten gaan en zal op de voorgrond moeten treden. Uiteindelijk wordt een ieder uitgenodigd om zich (opnieuw) in te voegen in Haar levensweb van "Hemel, aarde en de (nieuwe) gemeenschap". Pas als wij weer deel zijn van het Geheel, zal er Gerechtigheid zijn. Een nieuwe gehoorzaamheid, een waarin wij ons vrijwillig invoegen in de "kosmische orde" is het enige dat uitkomst biedt. Overigens: wij zijn er zelf verantwoordelijk voor of wij van ons lijden willen leren of niet. De mensen zijn niet voor niets...met eigen keuze uitgerust. Zij bepalen zelf of zij zich naar "God" toekeren of dat zij zich afkeren. Met alle consequenties van dien.

Vertrouw dus op de Moeder. Zij beschermt je tegen gevaar van binnenuit en buitenaf. Ren als een kind naar Haar toe en klamp je aan Haar vast. Hoe meer je kind wordt, des te sterker wordt Haar moederliefde gewekt (...). Sri Ramakrishna is daarvan het grote voorbeeld. In zijn "naïve" overgave genoot hij voortdurend "de vreugden van Haar Schoot". Ook Jezus zei: "Zo gij niet wordt als kinderen, zult gij het Koninkrijk niet ingaan". Wat wordt er hier bedoeld? Kinderen hebben nog geen ego, zij zijn nog niet geidentificeerd met hun zelfbeeld*. Hun gebrek aan zelfbetrokkenheid maakt, dat zij spontaan, direct en "onzelfzuchtig" zijn. Kortom zij zijn nog niet verpest door hun omgeving. Wat ons voorgehouden wordt is om die oorspronkelijke staat terug te winnen, weer te worden wie we werkelijk zijn. Het is de uitnodiging om uit onze verslaving te stappen.

* Het is (helaas) een geidealiseerd beeld, dat hier van kinderen wordt geschetst. Kunnen zij al vroeg niet wel degelijk op zichzelf gericht zijn? Meestal is de omgeving hier echter voor verantwoordelijk.

Blijf dus hongerig en dorstig. Zorg dat je niet verzwolgen wordt door wereldse overvloed. Heb je jezelf volgepropt, ja dan komt zelfs de Moeder er niet meer tussen. Is dat niet de weerzin die je voelt om deel uit te moeten maken van deze cultuur? Een systeem dat ons voortdurend nieuwe cq volstrekt onnodige behoeften opdringt. Mensen doelbewust de verslaving indrijven is immoreel. Toch is het niet de bedoeling om op jouw beurt te zwelgen in je afkeer. Zoek daarom steeds opnieuw de intimiteit met de Moeder. Zij schenkt je keer op keer weer de lichtheid van het bestaan. Stel je open voor Haar Bodemloosheid. Ik zeg je: deze is onuitputtelijk, Haar rijkdommen zijn inderdaad onmetelijk. Het leidt tot dankbaarheid om zoveel te mogen ontvangen. Het besef gedragen te zijn is onvernietigbaar. De Grote Moeder is het Niets dat alles omarmt. Hoe kunnen ze je het Niets afnemen? Wat er ook gebeurt: de Moeder is altijd bij je.

Ik heb dit alles gezegd, omdat ik het niet kan laten. Heb je zoveel ontvangen als ik, dan kun je dat alleen maar laten overstromen. De rijkdom van de Moeder is groter dan ikzelf. Eigenlijk weet ik er geen raad mee. Immers, nog heel weinig mensen willen het ontvangen. Er mee blijven zitten is een vreselijk gevoel. Je kunt Het daarom wel van de daken schreeuwen. Ja, de verleiding om de nar "te spelen" is soms wel erg groot. Je hebt dan in ieder geval het gevoel dat je je "ei" kwijt kunt. Het nadeel is, dat de mensen je dan niet meer aux serieux nemen. Ik betwijfel of dat de bedoeling van de Moeder is. Dus, zolang het nog kan, probeer ik het op de "normale" manier. Aansluiting bij de mensen houden heeft ook zijn waarde. Een gevoel van solidariteit, ze niet in de steek laten. Het eigen lot moet je dan maar relativeren. En ik heb de Moeder tenslotte. Niet zeuren dus.

Dankt dus de Moeder. Om Haar heb ik dit allemaal geschreven. Ik zou er nog eindeloos - bij de gratie van Moeder's inspiratie - mee door kunnen gaan. Het risico is dan, dat ik voortdurend in herhaling val. Waar het Hart vol van is....Of het dan nog goed overkomt? Ik vrees van niet. Je zult er waarschijnlijk verveeld door raken. Dat risico wil ik niet nemen. Het Vat van Overvloed, ooit aan mij geopenbaard is werkelijk de Bron van het bestaan. Die vonk wil ik graag - ondanks mijn gebrekkig pogen - bij je laten overspringen. Of dit al of niet gebeurt, is een zaak tussen jou en de Moeder. Daar meng ik mij niet in. Het voorrecht om dit te mogen delen is mij genoeg. Dat is de functie van het instrument-zijn. Het geeft mij alles wat ik in dit leven nodig heb. Moge het jou ook zo vergaan. Looft en prijst de Moeder. Amargi!

Terug

© 2004 Copyright by Han M. Stiekema. Alle rechten voorbehouden.
Last update:09/06/07